Soms lijken nare gevoelens op regenwolken die zich maar niet laten verdrijven. Jarenlang probeerde ik ze met therapieën, technieken en gesprekken weg te jagen. Maar telkens kwam ik terug op hetzelfde punt: de wolken bleven hangen. Of ze verdwenen even, om vervolgens terug te keren met nieuwe kracht. Het voelde alsof ik vastzat in een spel dat ik niet kon winnen. Misschien herken je dat wel: dat gevoel van falen, alsof je iets verkeerd doet omdat je niet ‘beter’ wordt.
Maar wat als de vraag niet is hoe je die wolken kunt verdrijven, maar hoe je jezelf ziet als onderdeel van dat landschap? Die regenwolken, die gevoelens, zijn geen ‘dingen’ die je moet bevechten of oplossen; ze zijn verweven met wie je bent, met hoe je jezelf ervaart in relatie tot de wereld. In plaats van te denken dat ik ergens ‘los van’ moest komen, ontdekte ik dat het uitnodigender is om te vragen: Wat gebeurt er tussen mij en deze gevoelens? Hoe vormen we elkaar?
Deze gedachte veranderde alles. Op een dag stelde ik mezelf een vraag die mijn blikveld radicaal verruimde: Wat als deze gevoelens nooit meer weggaan? Wat als dit gewoon is wat er is? Het was geen vraag van opgeven, maar van nieuwsgierigheid. Een vraag die niet probeerde te scheiden of te vermijden, maar die juist uitnodigde tot contact maken met wat er al was.
Ik stopte met denken dat ik eerst van mijn onzekerheid en ongemak af moest voordat ik verder kon. In plaats daarvan begon ik te vragen: Wat vertelt dit ongemak me? Wat is onze gezamenlijke beweging in dit moment? Regenwolken zijn immers niet apart van het landschap; ze horen erbij, vormen het en worden erdoor gevormd. En wat als dat landschap niet statisch is, maar continu in beweging, waarin ik zelf ook verander?
Het was deze vraag die me deed overstappen van psychologie naar filosofie. Waar psychologie vaak gericht is op het oplossen of verminderen van problemen, leerde ik in de filosofie het grotere geheel te zien: hoe alles voortdurend verweven is en hoe we daarmee kunnen meebewegen. Het is niet ‘ik’ tegenover mijn gevoelens, maar een intra-actief spel waarin alles samenkomt.
Door te accepteren dat mijn gevoelens deel zijn van dit grotere proces, ontstond er iets zachts. Niet omdat de pijn verdween, maar omdat ik mezelf niet langer los probeerde te zien van wat er gebeurde. De weerstand viel weg. Ik ontdekte dat pijn niet een vijand is die me blokkeert, maar soms een poort kan zijn naar een dieper inzicht over mijn relatie tot de wereld.
Stel jezelf of een ander eens de vraag: Wat als dit nooit overgaat? Niet als een vraag van wanhoop, maar van verbondenheid. Wat als je kijkt naar hoe je beweegt in deze verwevenheid van gevoelens en ervaringen? Niet morgen, niet als alles beter is, maar hier en nu, precies zoals het is.
Misschien valt er dan ineens iets wonderlijks te zien. 😊