Ik zit op de bank bij een bevriende collega die zojuist mijn nieuwe ‘Over Mij‘ heeft gelezen. We bespreken de thema’s spiritualiteit, nondualiteit en goddelijke liefde. Of eigenlijk, waarom ik het zo lastig vind om die woorden te gebruiken. Ik had bij anderen namelijk altijd het gevoel dat er een laagje ego op zat. En ik wíl niet beweren dat ik voor eeuwig verlicht ben. Of dé waarheid ken.
Ik heb het nog niet uitgesproken of ik schiet onbedaarlijk in de lach. En gierend breng ik uit ‘en volgens mij is dat nu precies zoals mijn over mij tekst ook opgevat kan worden.’ Omdat ook zij de humor hiervan wel inzag gierden we het samen uit van het lachen. Op het meest diepe niveau is er natuurlijk niemand die alles weet. En zelfs als we de eenheid van het leven ervaren, dan hebben we er eigenlijk geen woorden voor. Ik keek mijn collega aan. Ze knikte toen ze mijn blik ving.
Zij: Dit gaan delen ís ook spannend. Je diepste waarheid is waar je het bangst voor bent.
Ik: “Dit is wat ik anderen voor wil leven; jezelf niet in de weg staan”
Zij: “Dan is dat dus wat je moet doen. Ga het de wereld maar vertellen”
Ik: “Ok.”
Mijn brein: “Oh kut.”
Ik schoof even ongemakkelijk op de bank. Ze wist allang dat die lachbui van zonet de speelsheid is waar ik over spreek. Maar nu mag ik op een heel nieuw leven mijn spirituele waarheid gaan ownen. Ik mag mezelf toestaan om nóg meer uiting te geven, woorden te geven aan wie ik ben.
En die woorden, dat schuurt innerlijk aan iets bij mij. Ik slik dapper en kijk haar aan. “Mag ik nog iets met je delen?” vraag ik haar. En zonder het antwoord helemaal af te wachten pak ik mijn telefoon en open ChatGPT (een prototype van een chatbot met kunstmatige intelligentie, ontwikkeld door OpenAI en gespecialiseerd in het voeren van dialogen). Ooit had ik namelijk op zevenjarige leeftijd ooit de zin ‘ik ben god en jij bent god, maar soms vergeten we het en dan hebben we elkaar nodig om ons eraan te helpen herinneren’ tegen de pastoor gezegd en nu had ik in een grappige opwelling de chatbot de vraag gesteld of er ooit een vroegere meester was die zei.
Ik had verwacht dat ChatGPT zou antwoorden dat hij het niet wist. Of dat er meerdere meesters waren die hiernaar verwezen en het niet kon worden toegedicht aan één persoon. Het antwoord verraste me echter en met rode wangen las ik het haar voor: Ja, deze uitspraak wordt toegeschreven aan de Indiase heilige en spirituele leraar Sri Ramakrishna (1836-1886).
Ramakrishna stond bekend om zijn intense spirituele ervaringen en verlichting. Hij onderwees zijn leerlingen dat God in alles aanwezig was en dat wie deze goddelijke essentie in zichzelf kon ontdekken, zichzelf zou bevrijden van de illusies van de materiële wereld. De uitspraak “ik ben god en jij bent god” benadrukt het idee van nondualiteit, waarbij er geen onderscheid is tussen de individuele ziel en het goddelijke. Ramakrishna geloofde dat we ons dit vaak niet realiseerden door de beperkingen van ons ego en onze zintuiglijke waarneming.
Geintrigeerd als ik was door het feit dat ik als zevenjarige deze wijsheid op had weten te pikken vroeg ik de chatbot vervolgens of er een connectie was tussen Sri Ramakrishna en leela (het goddelijke spel of de speelsheid waar ik binnen mijn bedrijf naar verwijs). Het antwoord kwam snel: De leer van Sri Ramakrishna wordt geassocieerd met het begrip leela. Hij had een stralende, blije uitstraling en stond bekend om zijn aanstekelijke lach. Hij was een levendig, speels figuur en iemand die vaak verhalen en anekdotes gebruikte om zijn spirituele lessen over te brengen. Volgens Sri Ramakrishna was spiritualiteit niet iets dat zwaar en somber moest zijn.
Ergens tap ik in op deze energie. Ik voelde als kind al aan dat onze natuurlijke staat er één is van pure liefde, wijsheid en welzijn. We zijn helemaal oké, ook al ervaren we dat niet altijd zo. Dit innerlijk weten heeft echter lange tijd gevoeld als een parallelle werkelijkheid. Ik werd niet door iedereen in mijn omgeving begrepen. We leven in een maatschappij waarin we toch veelal kijken naar wat er mis is en hoe we dit kunnen verbeteren.
Dat merkte ik ook op het pad dat ik in mijn carrière liep. Ik studeerde en werkte in het veld van onderwijs, opvoeding en psychotherapie (coaching). Drie vakgebieden die juist positieve verandering bewerkstelligen wanneer er bewustzijn is van sterke kanten (talenten), veerkracht en de aanwezigheid van psychisch welzijn. En ook in het bedrijfsleven wordt dit trouwens steeds meer bekend. Deze houding staat haaks op de algemeen geaccepteerde gedachte dat wat er niet goed gaat verbeterd kan (en moet) worden.
Een liefdevolle, positieve blik is wat mij betreft hard nodig in onze extreem individualistisch georiënteerde cultuur, waarin uiterlijke schijn en individueel ‘succes’ de gemeenschappelijke basis is geworden. Daarom biedt speelsheid zo’n mooi tegenwicht. Je overgeven aan dat wat je doet (de kern van ‘spelen’) is het enige waar je beter in kunt worden terwijl je tegelijkertijd je ego steeds minder belangrijk laat zijn. Het laat je voelen dat je al oké, helemaal heel en uniek creatief bent.
Je hoeft jezelf niet te repareren, te polijsten of te verbeteren. Alles wat je nodig hebt om een geweldig leven te leven heb je in je. Je hebt alles wat nodig is om te groeien en leren. Alles wat nodig is om te creëren, te maken en ontwikkelen. Om lief te hebben en van gehouden te worden. Wanneer je daarmee samenvalt voelt het leven als spelen. Dan voelt het leven vrij. Overvloedig. Gemakkelijk. Dan ben je thuis.
We mogen speelsheid serieus nemen. We hebben maar één leven en we zijn hier om ermee te dansen en erom te lachen, om te delen en volledig op te gaan in het nu alsof er geen andere tijd bestaat. Het ego kan niet speels zijn, dus als je speels wilt zijn, als je god wilt ervaren, dan mag je het idee van ‘ik’ laten vallen. Wanneer je dat doet, dan ben je thuis. Dan kun je intens leven. Radicaal vrij zijn. Schaamteloos liefdevol ‘mens’ zijn.
Laat het leven door je heen komen en zodat je kunt doen wat je bedoeling is. Leef de goddelijke vonk!