Ik weet het meestal een halve seconde van tevoren. Mijn buik trekt samen, mijn ogen prikken, en dan, ineens, stroomt het. Niet een paar tranen die je subtiel met je mouw kunt wegvegen, maar full-on ugly cry, schokkende ademhaling, ogen die opzwellen tot het formaat van een bange uil. Het soort huilen waar mensen ongemakkelijk van worden.

Ik zou willen dat het niet zo was. Dat dijkdoorbraken niet van toepassing waren op mij. Maar op het moment zelf is er eigenlijk geen keuze. Het gebeurt gewoon. Als een golf die al aan kwam rollen voordat ik het doorhad. Ik herken het ook in de situaties waarin het gebeurt. Meestal wanneer ik het gevoel heb niet aan een standaard te voldoen. Of als mensen naar me kijken en denken dat ze ‘me kunnen helpen’ met wat ik voel. Dat ik huil, roept dus ook behoorlijk wat emoties op in het openbaar.

Nu zou ik kunnen wijzen naar mijn verleden, naar wat me heeft gevormd. Maar eigenlijk wil ik de andere kant op kijken. Want het gebeurt precies op het moment dat ik onbewust de spanning voel tussen hoe ik denk dat ik zou moeten zijn en hoe ik op dat moment ben.

Er is altijd een snede. Een moment waarop ‘alle mogelijkheden waarop de wereld kan zijn’ worden teruggebracht tot ‘en dit vinden we ervan, dit is belangrijk om op te focussen.’

Dat besefte ik pas echt toen ik Karen Barad las. Niet dat zij ergens heeft geschreven: “Mensen die snel huilen doen dat omdat hun realiteit zich in verschillende lagen ontvouwt.” Maar wat ze wél laat zien, is dat de wereld geen vaste kaders heeft, maar continu gevormd wordt door de grenzen die we trekken, de snedes die we maken in onze ervaring. Agential cuts, noemt ze dat. Niet als muren die we bouwen, maar als keuzes die bepalen wat op de voorgrond komt en wat vervaagt.

En precies dát gebeurt er op die momenten.

In een gesprek, een blik, een onuitgesproken verwachting wordt een snede gemaakt: hier is de norm, daar ben ik. Hier is hoe het zou moeten gaan, daar is hoe het nu is. Hier is controle, daar zijn tranen over mijn wangen en een lichaam dat het signaal geeft: iets schuurt.

Misschien is dat waarom het huilen zo onvermijdelijk voelt. Het is niet iets dat ik bewust kies; het is hoe de wereld zich in dat moment vormt. Hoe een situatie intra-actief samenvalt met alles wat ik eerder heb ervaren. Een verwachting, een standaard, een lichaam dat daarop reageert voordat ik het zelf kan bedenken.

Het ongemak van anderen? Dat is misschien hetzelfde proces. Ook zij voelen de snede, dit moment had ‘gewoon’ moeten zijn, niet dit open, rauwe, onvoorspelbare gebeuren. Maar in die spanning zit ook een keuze. We kunnen die emotionele uitbarsting zien als iets dat ‘gecontroleerd’ had moeten worden óf we kunnen erkennen dat water soms gewoon breekt.

Dat verschil in betekenis wordt extra zichtbaar wanneer een cultuur of context verandert. In sommige omgevingen (bv een universiteit) wordt huilen gezien als een uiting van kwetsbaarheid, iets waarvoor iemand getroost of beschermd moet worden. Elders wordt het juist ontvangen als een vorm van openheid en aanwezigheid (bv in een theatersetting waar acteurs hun rol niet als masker spelen, maar aangemoedigd worden oprecht te zijn). Waar in de ene ruimte tranen stil worden weggeslikt, worden ze in een andere ruimte omarmd als een teken van oprechte betrokkenheid.

Het contrast is soms scherp. Wat ‘te veel’ lijkt in de ene context, kan in een andere worden verwelkomd als een teken dat iemand werkelijk aanwezig is. Dit verschil laat zien hoe vloeibaar betekenis is en hoe sterk de onzichtbare grenzen werken die bepalen wat binnen en buiten de norm valt.

Soms wordt het ongemak overschaduwd door een automatische reflex, een poging om de realiteit weer in het ‘normale’ te trekken. Een grapje, een sussende opmerking, een subtiele verschuiving van het onderwerp. Maar het kan ook juist een moment zijn iets wordt geleerd en de norm verschuift.

En misschien is dat wel precies waar het om gaat. Niet het huilen zelf, maar het moment waarop een grens wordt getrokken, waarop iets net binnen of net buiten de norm valt. Alsof mijn lichaam al weet welke ruimte met een smak wordt dichtgegooid, nog voordat er woorden voor zijn.