Een tijd geleden was ik bij een show van Berthold Gunster. Omdenken voor ouders en opvoeders in de 2 uur durende hilarische en billenknijpende show ‘lastige kinderen, heb jij even geluk’. Zijn formule voor omdenken nam ik later in gedachten mee naar huis en hielden mijn gedachten een tijdlang bezig.
Omdenken is een denktechniek, die bestaat uit twee stappen: De eerste stap is van het probleem een feit maken. Je neemt een probleem, haalt daar af ‘wat er zou moeten zijn’ en houdt ‘dat wat er is’ over. Daarna kijk je welke nieuwe mogelijkheden er ontstaan door de feiten volledig te accepteren, dus volledig ‘ja’ te zeggen tegen de realiteit. Kind kan de was doen.
Oké, zo werkt het dus wanneer er een probleem is in de buitenwereld en we hiermee aan de slag willen gaan. Maar hoe zit het dan met de problemen in onze binnenwereld? In gedachten haalde ik de stappen erbij van geweldloze communicatie. De eerste stap is namelijk; beschrijf de feiten. Hé, dat is hetzelfde als omdenken! Je zoekt naar wat er werkelijk is. Zeg daar ‘ja’ tegen. Ook de emotie die dat bij je oproept. Die mag er ook zijn. Ook al komt hij voort uit het denken en is hij niet in de buitenwereld te zien, je emotie is wel belangrijk! Want onder die emotie komen we bij de behoefte. Dat is niet hetgeen dat maakt dat je wilt schreeuwen, weglopen of verstoppen. Nee, je behoefte is voelen wat je nodig hebt om je weer helemaal oké te voelen. Dus iets als ‘gehoord worden’ of ‘warme armen om me heen’. En deze benoemen, uiten en erover in gesprek gaan met de ander is eigenlijk als het ware een ‘nieuwe oplossing’ creëren. Of – als je er met deze persoon niet uitkomt – kijken wie wél in staat is je behoefte te kunnen voldoen. Dat kun je zelfs zélf zijn. Dat is nog eens een mooi staaltje omdenken!
Terwijl ik helemaal happy zat te wezen met mijn eigen ontdekking schoot er door me heen ‘en hoe zit het dan met emoties waar we de ander niet voor verantwoordelijk houden?’ Degenen die we naar binnen slaan en onszelf de schuld van geven? Degenen waarbij we denken ‘het ligt vast aan mij’…? In gedachten was ik spontaan weer kind en hoorde ik mijn moeder zeggen ‘meisje, betrek toch eens niet alles op jezelf….’ En dan betrok ik ook dat weer op mezelf want blijkbaar was ik niet in staat het niet op mezelf te betrekken en stelde ik haar daarmee teleur.
Wat ik daarmee in feite deed, wanneer ik ‘dingen persoonlijk nam’, was datgene wat de ander zei of deed zien als een weerspiegeling van wie ik was. Ik kende de afweer of afkeur aan mezelf toe, in plaats van dat ik kon zien dat die ander wellicht ‘slecht in z’n vel zat’, of ‘er een oordeel op had wat niet het mijne was’.
Nu weet ik verstandelijk wel dat mensen zich op een bepaalde manier gedragen, ergens iets van vinden en dat dit zelden iets over mij persoonlijk zegt, maar vaak meer over die ander. En toch, ondanks dat ik dit weet… voelt het niet zo.
Want ja, wanneer iemand chagrijnig tegen me doet kan ik best bedenken dat ie een slechte dag heeft. En wanneer ik commentaar krijg over iets wat ik gedaan heb (of juist niet) dan besef ik me heel goed dat het de oordelen van de ander zijn die daarin spreken. Echter, wat ik voel en mis op dat moment is verbinding. Niet meer en minder. En dat gemis gaat gepaard met een gevoel van falen, niet goed genoeg zijn, de angst dat ik een ander wellicht geïrriteerd heb, dat ik door de mand ga vallen of niets voorstel.
Met dat gevoel heb je te dealen…
En ja, pfff… als je een rondje internet doet om te kijken wat eraan te doen is dan hoor je al snel ‘dat je meer van jezelf mag houden’, meer eigenwaarde mag ontwikkelen. Meer zelfvertrouwen om zonder de goedkeuring van die ander door het leven te gaan. Ik vertel daarmee niemand iets nieuws. Zelf werd ik moe van zulke teksten, want ‘wat doe je er dan vervolgens aan?’
Inmiddels weet ik dat schaamte niet gemakkelijk is om tegenin te gaan. En ik leerde dat doordat ik op een bepaald moment maar gewoon dat ongemak op ben gaan zoeken. Er verder van weg kon niet meer. Ik kon me niet nog verder verstoppen voor op- of aanmerkingen. Ik wilde voor mezelf gaan ontdekken waarom ik er altijd van wegliep. Waarom ik vooral niemand wilde irriteren. Waarom ik me netjes wilde gedragen. Waarom ik niemand tegen de haren in wilde strijken. Waaróm was dat alles zo belangrijk voor me?
En dus ging ik oefenen om dit gevoel op te zoeken. Vooraf. Niet in het moment dat ik iets op mezelf betrek maar gewoon, gedurende de dag waarbij er niets aan de hand is. Actief te gaan ‘emotie fitnessen’ zoals ik ook ’s avonds naar de sportschool zou gaan doen. Alleen nu geen fysieke spieren maar mentale spieren kweken.
Juist als het contact lichtelijk ongemakkelijk is, wordt het interessant. Dat geldt niet enkel voor onze betere intieme gesprekken, maar ook voor de momenten waarop de grens bereikt wordt in wat jij of een ander als prettig ervaart. Want hoe beslis je wat je doet? Om daar vrij in te (leren) zijn is het belangrijk hier voldoende in te oefenen. Ongemak is een soort opening naar een verandering. Verandering bij de ander, van de relatie die je met iemand hebt, de toekomst. Door het ongemak te benoemen, creëer je intimiteit met de ander. Door het te erkennen creëer je ruimte voor jezelf. Juist op de momenten dat het spannend wordt weet je dat je mens bent. De momenten dat je voelt dat het ‘schuurt’, daarin leer je iets over jezelf.
Het begint ermee dat je erkent dat je de keus hebt jouw waarde of die van de ander voor te laten gaan. Geef je ruimte aan de ander? Of pak je die zelf? Niet omdat je die ander niet respecteert maar omdat je de verbinding tussen jullie minder belangrijk vind dan het feit dat je mag voelen je eigen leven te leiden. In een eerdere blog benoemde ik al dat je dertig kunt gaan rijden waar je vijftig mag. Of 7x naar voor en achter gaan tijdens het inparkeren en anderen laten wachten is ook een goede. Maar wat denk je van een winkeltje binnengaan tegen sluitingstijd, er een tijdlang rondhangen en zonder iets te kopen weer naar buiten gaan? Minimaal 10 kledingstukken passen in de winkel terwijl je weet dat je geen geld hebt om ze te kopen maar gewoon omdat je het zo fijn vind om jezelf te bewonderen in de spiegel? Of in een lange rij met boodschappen met 1 dingetje in je handen iedereen vragen of je voor mag gaan.
Durf jij de grens op te zoeken en dingen te doen waar het contact met die ander spannend wordt? Durf je te gaan zien welke waarde je toe hecht aan relaties, zelfs daar waar ze niet zijn? Ontdekken hoe zwaar je altijd investeert in de ander terwijl je in wezen mag investeren in jezelf? Heb je echt de goedkeuring van deze persoon nodig? Is het jouw moeite waard om hen gelukkig te maken? Wie zou je in eerste instantie gelukkig mogen laten zijn?
Durf je ruimte te maken tussen jezelf en je reactie? Jezelf toestaan dat je tijd neemt om even tot rust te komen, je behoefte aan verbinding te voelen en te bepalen of je de ander toe wilt laten in je persoonlijke ruimte. Zie jezelf in die situatie op een tv beeld, of zet jezelf figuurlijk in een weiland met witte paaltjes erom. Dat is jouw ruimte. Wie gun jij daarin? Degene die je in een reactie liet merken je niet te zien? Of de mensen die in je leven zijn die jou wel zien staan? Zeg eens…. wat zou emotionele fitness jou kunnen brengen?