“Let’s talk about sex, baby. Let’s talk about you and me. Let’s talk about all the good things and the bad things that may be..” Ik hoor het SaltnPepa nog zingen, in gedachten zit ik voor mijn radio de woorden mee te lispelen. Het was eind jaren negentig. Dezelfde tijd als Elaine Aron haar concept over hoogsensitiviteit wereld kenbaar maakte en ik het eerste boek erover las. Ik herkende mezelf erin en wilde het er met anderen over hebben. Maar dat ging niet gemakkelijk. Het wordt vaak onbewust geassocieerd met ‘te gevoelig’, ‘te moeilijk’ of ‘te emotioneel’. Het was me snel duidelijk. Zo negatief en zwak wilde ik niet gezien worden! De mensen die er wel over spraken hadden het ook over chakra’s, edelstenen en magneetzooltjes. Naast het feit dat ik de stelligheid hierbij niet altijd kon waarderen werd ook hier de nadruk gelegd op hoogsensitiviteit als last. Al snel bleek dat ik makkelijker sprak met mensen over sex dan over sensitiviteit. En dat is lang zo gebleven. 

De waarheid is dat we gewoonweg genieten van het leven, zij het soms op een andere manier. We zijn niet verlegen, we nemen waar. We zijn niet grappig, maar hebben begrip. We zijn niet de snelle beslissers, we zijn de denkers. We krijgen geen aandacht door lawaai, maar door onze prestaties. Met een temperament dat goed is voor zo’n 15% tot 20% van de bevolking, moeten we een aantal van de mythen aanpakken en ontcijferen wat het betekent om ‘sensitief’ te zijn.

1. Hoogsensitiviteit is een aangeboren persoonseigenschap

Het is een eigenschap die maakt hoe we zaken in de wereld verwerken en de werkelijkheid waarnemen. We observeren sterk en kunnen zaken diep voelen, zodat we zaken opmerken die anderen wellicht over het hoofd zien. De warmte van de zon op je gezicht. De wind door je haren. De geur van versgemaaid gras en de melodie van ritselende boomblaadjes. De herinnering aan een ontmoeting of tinteling van een kus op je huid. Het schrijnende gevoel van onrechtvaardigheid, machtsmisbruik of het lijden van anderen. Het intense gemis dat zo weinig anderen deze zaken beleven zoals jij dat doet… 

2. Hoogsensitiviteit heeft een evolutionair voordeel

Hoogsensitiviteit zou allang uit onze genenpool verdwenen zijn als het geen voordeel zou hebben voor de groep als geheel. Het is te zien als een evolutionaire strategie die inmiddels bij meer dan honderd diersoorten is vastgesteld. Het is de tegenbalans van de strategie om dapper, snel en risicovol te handelen. Hoogsensitieve mensen en dieren geven er de voorkeur aan zorgvuldig te observeren voordat ze tot handelen over gaan. Als maatschappij heb je beide persoonlijkheidstypen nodig. De hoogsensitieve mens kan daarbij aspecten van de wereld en patronen opmerken die door anderen over het hoofd worden gezien en vernieuwende creatieve oplossingen voor problemen bedenken.

3. Hoogsensitiviteit is niet altijd makkelijk herkenbaar

Niet iedereen die snel last heeft van externe prikkels is hoogsensitief en zeker niet iedereen die snel emotioneel reageert of onzeker is. Hoogsensitieve mensen zijn wellicht eerder te herkennen aan onze mogelijkheid tot verbeelden, dromen, creatieve oplossingen, het genieten van perfectie en diepzinnige inzichten wanneer we ons niet gedwongen voelen om een waardevolle bijdrage te leveren. 

4. Hoogsensitief is hoe jij de wereld waarneemt en ervaart… het is niet wat jou definieert. 

Wat ons toch verbind zijn verschillende soorten gevoeligheden, zoals Elaine Aron ze omschrijft. Hoogsensitieve mensen hebben een aantal gevoeligheden van nature, daar waar anderen meer bewuste moeite mogen doen ze te ontwikkelen, zoals sociale gevoeligheid waarmee we de betrouwbaarheid van anderen beoordelen. Omgevingsgevoeligheid waarmee we observeren en gedrag aan kunnen passen in reactie op verandering van onze omgeving. Innovatie en sociaal leren waarbij we zowel zelf nadenken over een situatie en nieuwe, creatieve oplossingen bedenken danwel deze ideeën opmerken bij en aannemen van anderen. We tonen een groot vermogen tot leren (door observeren en opmerken van de wereld) en omdat we subtiele verschillen opmerken in wat optimaal is kiezen we het liefst alleen het beste. We reageren soms reactief (wanneer we snel of sterk opschrikken op geluiden, geuren of andere zaken) of proactief (waarbij we letten op subtiele tekens en denken ‘dat het wel weer zal gebeuren’. We reageren sterker op zaken rondom onze partners en herkennen onze onderbuikgevoelens (viscerale reacties) ongeacht of deze altijd de waarheid vertellen maar we nemen ze wel mee als bron voor onze waarneming en reflectie alvorens te handelen.

En toch… ondanks dit alles zijn we allemaal verschillend. We hebben simpelweg allemaal onze eigen unieke passies, persoonlijke keuzes en individuele smaak. Er zijn introverte en extraverte HSP’ers. Altruïstische en meer uitgekookte types. Zorgvuldige en rommelkonten. We zijn allemaal uniek. En sterker nog… gedurende ons leven veranderen we ook steeds opnieuw. Een extraverte HSP’er kiest mogelijk op een maandagochtend om in bed te blijven liggen, terwijl de introverte klaarstaat om aan een landelijk overleg deel te nemen. Het kan allemaal. En dat is zo uniek!