In het klein is mijn intuïtie het gevoel ‘ja dit klopt’. Dat voelde ik vroeger als kind heel sterk. Ik weet nog dat ik onze hond aan het zoeken was. Hij was een uur ervoor weggelopen en ik stapte op mijn fiets op zoek naar hem. Na een minuut of tien dacht ik ‘dit gaat niet werken. Ik moet hem niet zoeken, ik moet hem vinden. Dus waar kan ik hem vinden?’ Ik voelde hoe ik de straten doorging, een keer linksaf een andere keer rechts. net waar mijn gevoel zei dat het goed was. En op een gegeven moment voelde ik dat ik moest stoppen. Ik zag niets maar luisterde naar mijn gevoel. Daar stond ik, midden op straat. In stilte, want ik had nog niet gevoeld dat ik iets anders mocht doen. Tot ik de aandrang kreeg om mijn hoofd te draaien en ik over mijn linkerschouder keek en zag hoe Speedy met de staart tussen de benen schuldig naar me toe kwam lopen. Kruipen eerder… Maar mijn hart sprong over. Zo blij als ik was hem te zien en dat het luisteren naar mijn gevoel gewerkt had. Door mijn enthousiaste reactie leek er iets van mijn hond af te vallen en al kwispelend kwam hij aanlopen, liet zich door me aaien en vastmaken aan de riem. Terug naar huis voel ik ‘dat ik het niemand mag vertellen’. Dit is niet echt gebeurd. Ik kan dit niet echt. Dit ‘soort dingen’ is eng. Ik besluit er verder mijn mond over te houden…
Jaren later zat ik in een café. Mijn vriendin vroeg me, verdrietig als ik nog was omdat mijn vorige relatie uit gegaan was, wat ik dan eigenlijk wilde in een man. Ik lachte wat schaapachtig en wilde beginnen over lief en dat hij me het gevoel zou geven dat hij me fantastisch vond toen ze me tegenhield. ‘Nee, zei ze. Dat bedoel ik niet’. Wat voor soort man is het? Waar houdt hij van? Wat geeft hem energie? Hoe maakt hij zijn keuzes? En wat kan hij in jou tolereren op zo’n manier dat het bijna waarderen voelt?’ Ik lachte wat schaapachtig en bedacht me dat ik twee keuzes had ‘ik kon óf zeggen dat ik hier geen zin in had óf proberen wat diepers uit me te persen dan ik normaal zou hebben gedaan.’ Eerlijk naar mezelf kijken en zaken ‘bestellen’ in plaats van wachten wat me overkomt. (ik had net wat van die boeken gelezen, en hoewel ik niet geloofde in bestellen bij het universum zat het woordgebruik wel in mijn hoofd). Dus ik besloot mijn nieuwe Lief te gaan bestellen. Ik droomde en voelde en mijn vriendin schreef het een en ander voor me op zodat ik het kon onthouden. Servetje na servetje werd volgeschreven. het profiel van mijn ideale man werd steeds concreter.
Mijn ideale man is warm, lief en zorgzaam. Hij zorgt goed voor zichzelf, zit liever in de sauna dan in de kroeg en houdt van wandelen. Hij vindt het leuk om op vakantie te gaan en dan het liefst zich te mengen met de (plaatselijke) bevolking en daar ook te eten of te slapen. Hij luistert af en toe naar klassieke muziek, maar houdt ook van dansen en doet aan yoga/meditatie of andere zelfbewustzijnsvormen. Hij vindt het leuk om met me mee te gaan naar een eigentijds festival en steunt mijn werk (spiritueel en coaching). Zijn vrienden zijn mijn vrienden. Vanaf het eerste moment voelt het als thuiskomen. Ik mag er zijn!!
Tot zover had ik ook echt het gevoel dat ik een fijne man aan het omschrijven was. Een leuke vent, die er waarschijnlijk prima uitzag en waar ik een goed leven mee kon leven. Een man die gevoelig was, van rust en natuur hield en echte gesprekken. Kom maar op! Maar mijn vriendin ging door met vragen. Ze wilde meer weten. Hoe ziet hij eruit? Vroeg ze op een gegeven moment. Het plaatje wat in me opkwam was van een kale man met twee kinderen. Maar omdat ik geloofde dat het nooit zo specifiek kon en ik mogelijk was afgeleid door de twee kale mannen die zojuist het café in waren komen lopen zei ik tegen haar; “Hij heeft lange benen en laat deze door zijn kleding goed uitkomen“. Dat dit meer gestoeld was op de mode van toen, met van die lange strepenbroeken en ik niemand kende die dat droeg maar ik het wel waardeerde gaf mijn eerste laag weerstand aan.
Maar we waren er nog niet. Want in mijn achterhoofd ontstond toen ik op wilde schrijven ‘hij kan plezier maken’, de gedachte: ‘hij houdt van K3’. Gelijk schudde ik mijn hoofd in ontkenning. ‘Wat is er?’ hoorde ik mijn vriendin vragen vanaf de andere kant van de tafel. ‘Nee, niets, zei ik. Ik ga even naar de wc. Dan gaan we zo weer door’. En ik stond op. Mezelf een pauze gunnende om mijn gedachten te ordenen.
‘Xandra, luister, dat gaat niet.’zo sprak ik mezelf op het toilet aangekomen direct toe. ‘Er zijn geen mannen die van K3 houden. Sterker nog, jij houdt niet eens zo erg van K3 dus waarom gooi je dit erin? Waarom is dit belangrijk?’ De stem in mijn hoofd klonk lichtelijk dominant. Het zacht gefluisterde antwoord kwam gelijk daarna; ‘omdat het dan niet mogelijk is… ‘
Ik bekeek mezelf in de spiegel. Een jonge vrouw die zichtbaar even uit het lood was geslagen. ‘Zie je wel’, zo dacht ik. ‘Die man is niet mogelijk. Hij bestaat niet. Er is geen ‘passende’ man voor mij. Dromen zijn mooi, de werkelijkheid is harder. Dan kan ik later zeggen dat ik heel lang naar die man heb lopen zoeken maar op een gegeven moment wist ‘dat het er niet in zit”.
Mijn eigen eerlijkheid verbaasde me. Hoe was het mogelijk dat ik, terwijl ik zo goed voelde wat volledig bij me hoorde, een uitweg nodig had om mezelf te saboteren? Ik voelde even een weemoedige steek door me heen trekken en besloot om deze gedachte voor mezelf te houden en de milde versie door mijn vriendin op te laten schrijven. Opgelucht haalde ik adem. Daar ben ik mooi vanaf gekomen….
Hij heeft humor, houdt van “kinderdingen” zoals Winnie de Pooh en Euro-Disney en staat hartstochtelijk in het leven. Kwaliteit is belangrijker dan kwantiteit, zeker in zijn eten. Hij houdt van nieuwe dingen en eet regelmatig vegetarisch en houdt ervan mijn te verwennen. Oja, en hij kan goed koken. Hij houdt van kinderen en zal een goede, zorgzame en toegewijde vader zijn. Familie is voor hem erg belangrijk en hij is graag met anderen/dierbaren maar alleen als hij hiervoor de rust in zichzelf heeft gevonden. Hij weet wat hij wil en gaat er ook voor en moedigt mij aan dit ook te doen. Hij maakt mijn dromen waar!
Je intuïtie herbergt een bron aan ongekende mogelijkheden
Met een mooie lijst (die dus voor mijn gevoel in werkelijkheid helemaal niet mogelijk was!) rijd ik later in de auto naar huis. Bijna thuis aangekomen wil ik een rotonde oprijden en hoor ineens een waarschuwende stem in mijn hoofd ‘Xandra, let op!’. Met een indringendheid dat ik er wel naar moet luisteren laat ik het gas los en kijk om me heen. Waarom waarschuwt mijn intuïtie mij? Wat is er aan de hand, zo vraag ik me af? Rechts van me zie ik twee jongens aankomen. ‘Ah’…, denk ik, ‘dat zal het geweest zijn. Als zij zonder licht op hun fiets de rotonde vervolgd hadden en ik was rechts er weer afgegaan dan hadden we een ongeluk gehad. Goed dat ik luisterde en afremde’. Ik had het nog niet gedacht of ik zag dat de heren naar rechts gingen. Direct vervloekte ik mijn intuïtie en gaf mezelf op mijn donder. De jongens gingen helemaal niet naar links. Dus een ongeluk zou het nooit geworden zijn! Waarom had ik mezelf dan gewaarschuwd? Pfff… wat een onzin toch weer. Het was maar goed dat ik bijna naar bed kon.
Vijftig meter verder zette ik mijn auto aan de kant. Ik stapte uit en direct merkte ik dat de jongens voorbij mijn auto zouden fietsen. Net op tijd kon ik mezelf tegen de auto drukken zodat ze me niet raakten. Het leek of ze me niet zagen, zo druk waren ze aan het lachen en praten met elkaar. De achterste was het leukste. ‘Wat een lekker ding’ schoot er door me heen. Een glimlach borrelde in me op. Wat een ontspannende gedachte te weten dat ik dit nu bij iedereen kon denken zonder dat ik me druk hoefde te maken of ‘het wellicht de ware’ was. Die bestonden immers niet. Mannen die van K3 houden… die zijn er niet. Ze waren nog maar een krappe meter bij me verwijderd toen de achterste ineens zei ‘let op’… en nog voordat ik adem kon halen of me kon bedenken waarvan hij vond dat zijn vriend ‘op moest letten’ zetten hij keihard het volgende refrein in…
hocus pocus iedereen kan toveren
hocus pocus iedereen kan toveren
nee je hoeft geen tovenaar of fee te zijn
of een leerling van Merlijn
hocus pocus iedereen kan toveren
hocus pocus iedereen kan toveren
met een mooie glimlach of een lief gebaar
worden al jouw dromen waar…
Verbijsterd bleef ik achter. Ik stond daar, tegen mijn auto aan gedrukt. Met het zojuist gezongen nummer van K3 in mijn hoofd dat nog nadreunde en me liet realiseren dat er veel meer mogelijk is dan ik denk dat er is. Na een halve minuut besloot ik naar boven te gaan en eenmaal in mijn appartementje gekomen schreef ik de zinnen uit die ik eerder in het cafeetje had opgeschreven over in mijn dagboek met de titel ‘Mijn ideale man”.
Ik besloot dat hij bestond. Dat ik hem tegen het lijf zou gaan lopen. En ik besloot dat ik het ‘nu even zou laten voor wat het is’. Dat ik ook mocht zeggen dat ik later zou nadenken over de vraag hoe ik de kans dat ik hem tegen zou komen zou kunnen vergroten. Ik klapte mijn dagboek dicht en deed mijn lamp uit. Nog altijd verbijsterd over de mogelijkheden van het universum…
Lees hier het vervolg