‘Je moet boven de troepen staan om het overzicht te houden.’
Klinkt lekker logisch, toch? Het beeld is helder: een leider op een heuvel, uitkijkend over het slagveld. Een strategische positie. Controle. Rust.
Maar wie zegt dat overzicht hetzelfde is als begrip?
Deze metafoor doet alsof leiderschap een bordspel is, waarin jij als de grote meesterhand pionnen verplaatst. Alsof je alleen maar ver genoeg moet uitzoomen om ‘de beste zet’ te kunnen bepalen. Maar zo werkt de werkelijkheid niet. De wereld is geen schaakbord, geen slagveld, geen gestructureerd speelveld met heldere regels.
Leiderschap gebeurt niet op afstand. Leiderschap is wat er gebeurt in het moment, in de beweging zelf.
Denk aan dans. Een choreograaf kan vanaf de tribune roepen welke passen gezet moeten worden, maar dit werkt alleen als je al precies weet wat er moet komen, als jij weet wat fout is en wat goed.
Leiderschap van tegenwoordig is geen lopende band werk, het is aanvoelen, voorapellen, bijsturen en soms pure chaos. En zie dan je team maar gemotiveerd en hoopvol te houden. Wat daarvoor nodig is voel je pas als je middenin de groep staat.
Je kunt niet boven het proces hangen en denken dat je het snapt. Je moet erin staan. Voelen. Meebewegen.
Want de realiteit is geen vaststaand patroon dat je kunt analyseren en controleren. De realiteit ontstaat in de interactie. In hoe een idee opkomt, hoe mensen reageren, hoe beslissingen vorm krijgen terwijl je erdoorheen beweegt.
Wie alleen op afstand kijkt, ziet geen dynamiek, maar slechts de illusie van orde. Wie meebeweegt, ziet de echte patronen.
Dus nee, geen leider op de heuvel. Geen troepen die wachten op instructies. Alleen een voortdurende dans, waarin leiderschap niet boven, maar tussen mensen ontstaat.
Aanwezig zijn daarin is soms al genoeg.