Achtergrond van de oefening “Animisme”
Deze oefening raakt aan het filosofische idee dat de grens tussen subject en object niet vastligt, maar ontstaat in intra-actie. Wat als een tafel niet simpelweg een object is, maar deelneemt aan onze wereld door hoe wij ermee omgaan? Door de omgeving als levend en responsief te benaderen, vervagen de scheidslijnen tussen mens en materie, en ervaren we hoe betekenis niet in objecten zelf huist, maar in de relatie ertussen.
De opdracht
Dankjewel, toetsenbord, dat je me helpt dit op te schrijven. Sorry, koffiemok, dat ik over je heen blaas, maar als ik je dadelijk naar binnen giet, vind mijn keel het wel prettig als je iets minder heet bent. Ben je er klaar voor, slokdarm? Daar komt de koffie aan!
Kleine kinderen praten als vanzelf tegen alles om hen heen. Sommige creatieve volwassenen ook – en eerlijk gezegd zijn dat vaak de leukste mensen 😉.
In dit speelkwartiertje mag jij ‘los’ alsof alles in je omgeving leeft. Vraag bezorgd aan de deur of hij geen last heeft van de tocht, verontschuldig je bij je bord als je het te hard op tafel kwakt, waarschuw de voetbal dat hij bij het bonzen tegen de muur aan de buren denkt, en wens je broccolisoep veel plezier in je buik.
Beziel en spreek met alles om je heen alsof het een wezen is met gevoelens en gedachten. En ja, als je je teen stoot, mag je de tafelpoot bestraffend toespreken. Dat hoort gewoon bij deze uitdaging.