Achtergrond van de oefening “Kan niet / wel”
Deze oefening sluit aan bij het filosofische idee dat beperkingen en mogelijkheden niet vaststaan, maar afhankelijk zijn van de relaties waarin ze ontstaan. Wat ‘onmogelijk’ lijkt, verandert zodra de context verschuift. Door te spelen met schaal, tijd, perspectief en vorm, ervaar je hoe fluïde en afhankelijk onze concepten van realiteit eigenlijk zijn.
De opdracht
Vul de zin “Ik kan niet…” aan met een “maar het kan wel als…” en speel met groot/klein, menselijke/dierlijke vorm, tijd en ruimte.
Laat logica even los en ontdek hoe mogelijkheden verschuiven wanneer je perspectief verandert. Enkele voorbeelden:
– Ik kan niet iedereen bij elkaar houden, maar wel als ik de zwaartekracht ben.
– Ik kan de maan niet aanraken, maar wel als ik er een foto van maak.
– Ik kan niet lang op mijn handen staan, maar wel als ik letterlijk op ze ga staan.
– Ik kan geen handdoek met acht hoeken bedenken, behalve als ik het lusje meetel.
– Ik kan niet tijdreizen, maar wel als ik de wereld overvlieg en de tijdzones verspringen.
– Ik kan op aarde niet op twee plekken tegelijk zijn, behalve als ik een gigantische reuzin ben en de aarde in mijn hand houd.
Daag jezelf uit! Hoe ver kun je gaan in het omdenken van onmogelijkheden? Have fun!