Onlangs schreef ik dit op Facebook: Ik zit op de bank. Me bedenkend dat er niemand in de hele wereld op mij zit te wachten. En ik tekortschiet voor de mensen die dat wel doen. Ik voel me niet goed genoeg, verdrietig en wat zielig…. Hé hallo overprikkeling! Was jij er al lang? Geen wonder dat je op bezoek bent na afgelopen week. Topdrukte: een dag opleiding. Een dag werken op een drukbezochte beurs… En ik zóú gaan genieten van een vrije dag. Dat lukt dus nu niet. Maar da’s niet erg. Ik weet wat te doen. Nu eerst ontprikkelen, daarna bijtanken en komende week minimaal een dagdeel extra vrijmaken uit mijn weekplanning om dan wél te kunnen genieten van het leven. #thiswillpass
Tot mijn verbazing kreeg ik mega veel respons van mensen die zeiden ‘ooohh… wat is dit een eyeopener! Mensen die zichzelf beter leerden kennen, die het gedrag van hun kinderen beter begrijpen. En daardoor in staat zijn om wat milder naar zichzelf te zijn. De ander de rust te gunnen die nodig is. Dus was ik blij dat ik dit schreef, want hoe beter mensen zichzelf leren (her)kennen, hoe beter ze voor zichzelf kunnen zorgen.
Maar… er is een valkuil!
Deze gedachte heb je namelijk niet enkel in een overprikkelingsdip! Die heb je ook wanneer je angst opbouwt om überhaupt in beweging te komen. Dat komt omdat ons brein nog best beperkt is in zijn mogelijkheden om jou te laten weten wat je nodig hebt. Het zit niet alleen opgesloten in een kleine ‘black-box’ waar het niet rechtstreeks in contact staat met de buitenwereld, maar de systemen waar het gebruik van maakt is ook nog eens miljoenen jaren geleden gecreëerd op een moment dat onze wereld er heel anders uitzag en de eisen die aan ons gesteld werden onvergelijkbaar zijn met wat er nu op ons afkomt. Ik neem je even mee door dit getekende beeld en vertel je wat je ziet voordat ik verder ga met het maken van mijn ‘punt’.
De hele dag door hebben we dingen ‘te doen’, dingen die we mogen leren, zaken die ons overkomen en problemen die we aan dienen te pakken. Al die zaken leveren ons bepaalde emoties op én ze kosten of leveren energie. De berg staat in feite voor de hoeveelheid energie die je ergens in dient te steken.
Het eerste ‘mannetje’ nog voor de enorme berg die beklommen mag worden. Als je iets voor de eerste keer gaat doen kun je je voorstellen dat je onbevooroordeeld ergens in stapt. Vol vertrouwen ga je op weg. Maar gedurende het leven leer je van je ervaringen. Je leert bergen op de juiste hoogte in te schatten (sommige dingen vergen meer werk), je leert waar je energie van krijgt en wat je energie kost én je leert van de momenten dat je dacht bovenop de berg geklommen te zijn en een beoordeling kreeg die tegenviel. In al dat soort gevallen kan het zijn dat je ‘aan de andere kant keihard van de berg bent gevallen’. En die herinneringen haal je naar boven terwijl je voor de berg staat. Je gedachten leiden je naar ‘momenten waarop je niet goed genoeg was’ of je ‘kunt je in de toekomst voorstellen dat het misgaat’. Je krijgt wellicht de neiging om ‘weg te lopen’, ‘jezelf te beschermen’ of ‘een makkelijkere binnendoor weg te kiezen’. Je herkent deze plek bij de berg aan het feit dat je (negatieve) gedachten negatieve gevoelens gaan creëren. Wanneer je jezelf in deze situatie bevindt is het goed een diepe hap lucht te nemen en jezelf de vraag te stellen ‘wat het kleinst mogelijke stapje is dat je nu kunt zetten’.
Het tweede mannetje zien we een eindje op de berg staan. Dit is de uitgangssituatie van een persoon die aan het klimmen is. Het unieke aan de uitgangssituatie van een HSP’er is dat, omdat deze alles sterker voelt, deze persoon gevoelsmatig een stukje verder op de berg staat. En de berg zelf zal gevoelsmatig ook wat hoger zijn. In feite is de comfortzone van hoogsensitieve mensen wat kleiner en dien je bij het beklimmen rekening te houden met kleinere stapjes en wat vaker tussendoor een rustmomentje. Dat klinkt heel simpel maar is het niet. Zo zat ik laatst te praten met een trainer die me vertelde toch altijd weer zo moe te zijn na een dag training terwijl ze zich juist zo fijn voelde in haar opleidingsgroepen. Ik keek haar aan en vertelde over de diepere verwerking van prikkels bij hoogsensitieve mensen. En dat we daardoor tijd nodig hebben om te wennen. Ook al beheers je de lesstof en weet je wat je gaat doen, ook al heb je de verwachting dat het je opperbest gaat lukken en dat je een prima dag zult hebben… die onbekende groep mensen waar je je op poogt af te stemmen kost je (veel) energie. Dat is niet iets ergs, maar wel iets waar je rekening mee mag houden in je weekplanning!
Het derde mannetje staat bovenop de berg. Net voordat je het einde bereikte voelde je je het beste. Je wist dat het einde in zicht was. Je voelde dat je het ging redden. Met ‘even doorzetten’ gaat het je lukken en de beloning, het uitzicht is groots. (En voor hoogsensitieve mensen zowaar nog grootser)
Maar het laatste mannetje ligt onderaan de berg. Soms namelijk, valt de beloning tegen. Dan heb je je voorbereid op iets wat je superleuk vindt en is het achteraf gezien zo spannend dat je hele lijf maar ‘uitgeschakeld hebt om te overleven’ of je van de hoofdpijn enkel ‘de dag doorkomt’ zonder ervan te genieten. Of het ging allemaal goed maar vind je jezelf de dag erna terug met een hoofd vol sombere gedachten. En voel je je uiteindelijk minder blij, trots, tevreden of verbonden met anderen dan je gehoopt had….
Hoe herken je nu waar je bent?
Die vraag lijkt te simpel voor woorden, maar de meeste mensen worden boos op zichzelf en ‘zitten zich achter de broek aan’ wanneer ze eigenlijk overprikkeld en moe zijn. Dat is het moment dat ze zelfkritisch worden, vinden dat ze ‘lui’ of ‘onverantwoord bezig zijn’ en vooral ‘goed moeten maken wat niet perfect is’. Terwijl, logisch gezien, dit de plek is waarop je mild mag worden naar jezelf. Een pas op de plaats mag maken en even nieuwe krachten opdoen. Want pas als het stof van de kleren is geklopt en het hoofd helder is kan een nieuwe berg beklommen worden.
En tegelijkertijd zijn er veel mensen die geen bergen beklimmen (ook al krijgen ze energie door de gedachte eraan en de beloning in de toekomst) omdat ze simpelweg terugschrikken voor hun eigen gedachten en gevoelens. Terwijl dit het moment is waarop ze eigenlijk zichzelf dus een klein zetje dienen te geven om in beweging te komen.
Waar sta je? Die vraag is bepalend voor je acties!
De grote vraag die onderscheid maakt tussen beide angsten is de vraag; aan welke kant van de berg sta je? Voor de berg mag je in beweging komen en dien je op zoek te gaan naar de grens van je comfortzone. Aan de achterkant van de berg mag je lief zijn voor jezelf en je wonden likken.
Sta je voor de berg en ervaar je angsten die te maken hebben met ingebeelde ervaren of zorgen over wat er allemaal kan gebeuren? Is je intelligentie niet vóór je maar tégen je aan het werken door simpelweg de ergst mogelijk uitkomst voor te spiegelen? Dat je nooit klanten krijgt? Je je baan kwijtraakt? Er nooit iemand op je zit te wachten? Dan is het noodzaak om te zorgen dat je inzien dat wanneer je niet in beweging komt je de angst volgende keer nog groter laat worden. Het is belangrijk juist dan wel te gaan klimmen! Het is belangrijk om onze comfortzone niet te beschermen maar deze uit te breiden en kwetsbare risico’s durven nemen. In deze periode is zelfkennis wezenlijk. Wie ben ik, waar sta ik voor en hoe ga ik mijn leven inrichten. Wanneer je kunt leven naar die vragen dan kom je er wel.
Op de berg kunnen angsten je overvallen als je voelt dat je ineens meer ruimte inneemt dan je gewend was te doen. Wanneer je merkt dat als je je uitspreekt of je werk toont, je feedback krijgt. Wanneer je overspoeld wordt door nieuwe gevoelens en innerlijke stormen van oplaaiende energie is zelfzorg belangrijk. Plan activiteiten, leer schakelen, ga niet te lang door en rust geregeld uit. Wees realistisch, stel je lerende op. Lees deze blog wanneer dit een uitdaging voor je is (geworden).
En heb je de berg beklommen en kom je aan de andere kant naar beneden dan heb je mogelijk niet het gevoel ‘van de berg gevallen te zijn’ maar kan het toch zijn dat onderaan de berg angstgedachten en negatieve gevoelens de kop opsteken. Dit komt door je overprikkeling! Het is hier waar we even uitrusten. Een moment voor onszelf nemen. Onze negatieve gedachten niet geloven maar óók niet doorhollen. Hier kalmeren we onszelf. Nemen een kopje thee. Kloppen het stof van onze kleding en wachten ons verdere herstel even rustig af. Wanneer je in deze periode zelfcompassie toepast komt je er doorheen. En voor je het weet zie je in de verte een nieuwe berg die je graag wilt gaan beklimmen en heb je er ook weer voldoende energie voor.
De grote vraag is dus; waar is de berg? Is er zojuist (of de afgelopen dagen) iets gebeurd wat je overprikkeling of gevoelens kan verklaren? Wees dan mild en graaf niet nog eens een extra diepe kuil voor jezelf. Ligt de berg voor je? Voor je? Dan mag je in beweging komen. Sta je er bovenop? Wees dan voorzichtig. Neem kleine stappen en vier elke meter dat je vooruitkomt! Het uitzicht op de top is fantastisch! Zorg dat als je daar aankomt je ervan kunt genieten 🙂