‘Dit moment in mijn leven is zo fucking bijzonder! Nooit eerder had ik mijn missie en visie zo scherp. Ik durfde me nooit eerder zo sterk uit te spreken waar ik voor sta. Niet eerder was ik zo groots en moedig als nu!’ Mijn buik trekt altijd een beetje samen wanneer ik deze teksten lees. Ik voel me enerzijds aangetrokken tot de passie, het vuur, de voortstuwende kracht. En aan de andere kant maakt het me onrustig, onzeker en twijfelend. Want eerlijk gezegd… ik heb eigenlijk geen idee wat ik doe. En hoewel ik het normaal gesproken best oké vind, zijn er dus momenten dat het me triggert.

Waarom ‘zomaar wat doen’ als ondernemer eigenlijk niet kan. Niet mág..

In al dat ‘zomaar wat doen’ ben ik namelijk wel continue op zoek naar de vertaalslag naar buiten toe. Anderen te vertellen waar mijn bedrijf voor staat en wat mijn aanbod is zodat ze weten waarvoor gekozen kan worden. Want hoewel ik mijn intuïtie volg in wat ik doe is het wel handig als er tussendoor wel geld op de plank komt. Zo staat mijn website vol met aansprekende teksten en schrijf ik geregeld blogs en korte prikkelende updates over wat belangrijk is en waar het heen mag gaan. Mijn ‘waarom doe ik wat ik doe’ probeer ik zo duidelijk mogelijk in vele gezichten te verwoorden. En als ik de reacties van anderen hoor doe ik dat redelijk goed.

Maar ondertussen is er altijd dat gevoel van ‘ik doe maar wat’ als het gaat over de dagelijkse uitvoering. En wanneer je me er op de man af vragen over gaat stellen gebeurt daar iets interessants. In mij. Want ik vind dat ik een verhaal moet hebben. En de afwezigheid ervan zit me soms (zichtbaar) dwars. Zoals deze week. Ik neem je mee naar een korte conversatie die plaatsvond met een collega die voor het eerst binnenliep. Ze zat aan tafel en vroeg me naar mijn plannen. Wat ik met de spellen en boeken die in ontwikkeling zijn wilde gaan brengen in de wereld. Wat mijn grotere doel was.

En ik had geen antwoord. Letterlijk niets!

Ik wist niet wat te zeggen. En bleef dus maar gewoon stil. Ze keek me aan, gooide theatraal haar armen in de lucht terwijl ze om zich heen keek in mijn bedrijfsruimte en zei ”Xandra, dit ontstaat niet vanzelf. Hier moet een idee achter zitten anders was dit alles er niet geweest.”

Ik keek haar aan. Friemelde aan mijn jurk. En zei zachtjes. “Het is echt zo. Echt. Er was geen plan. Dit was niet bedacht. Dit is ontstaan. Ik had eerst een plek, en toen een opleiding. En nog eentje. En nu heb ik een drukke werkweek met tientallen cursisten die hier wekelijks over de vloer komen. Dit is wat er gebeurt als ik toesta dat dingen ontstaan. Als ik mezelf uit de weg ga en gewoon maar doe wat ik denk dat mag gebeuren. Ik weet niet waarom het belangrijk is wat ik doe of wat ik mensen breng hierin. Of het überhaupt belangrijk is.”

Ze hield haar hoofd lichtjes schuin en keek me aan. Ik herinnerde me haar eerdere opmerking. Hoe één van mijn blogs haar zoveel duidelijkheid had gemaakt en haar leven verandert had. Ik trok mijn mond in een lichte grimas. “Oké, ik weet wel wat ik breng. Ik weet hoeveel ik mensen leer. Maar ik weet niet waaróm ik dat doe. Eerlijk gezegd zou ik liever andere trainers opleiden, de theorie achter me laten en de hele dag gaan spelen.”

Ik voelde de onrust in mijn lijf toenemen.

Er zou een aanvullende vraag komen. Een nog ergere vraag. Eentje waar ik nog minder antwoord op had. Ik wist het vooraf. Zo ging het altijd. Degene tegenover me spiegelde enkel wat in me was en door mijn zoektocht hierin werd dit nu uiterlijk zichtbaar. “Dat klinkt alsof je het helemaal niet leuk vindt wat je nu doet Xandra. Wat zou je dan doen als je dit achter je zou laten?”

Ik zuchte. Dé vraag. Zie. Ik wist het. En daar had ik dus geen antwoord op. Nog minder dan de vorige. Het is niet dat ik mijn werk niet leuk vind. Van alles wat ik zou kunnen doen om geld te verdienen is dit momenteel wel het leukste wat ik kan bedenken. En als ik thuis zou zitten zou ik niet kunnen kiezen wat ik dan mag doen. Als ik zeg dat ik auteur wil worden dan wil ik niet meer schrijven tegen de tijd dat ik er tijd voor heb. En als ik zeg dat ik mindfulness of impro-trainer wordt dan heb ik daar geen zin meer in als ik het wekelijks ingepland zie staan.

Ik wil álles. En niet te veel vooraf gepland. Ik wil vrijheid. Ik wil kunnen spelen. Dat is het eigenlijk het enige. Het is dé reden om te ondernemen. En toch zo vreselijk lastig te verwoorden. Moet ik niet op zoek naar een briljant plan? Wat is mijn lumineuse idee? Een ultieme oplossing. Dát moet ik brengen! En ja. Dat heb ik dus niet…

Ik had ook nog onuitgebrachte materialen. Waarom was dat nog niet op de markt gezet?

Mijn bedrijf is wat het is en ik maak de keuzes die ik maak omdat ik mezelf vrijheid gun. Veel romantischer dan dat kan ik het niet maken. De vrouw tegenover me gaf het echter niet zo snel op. Ze schoof haar gemaakte materialen, die ze me eerder had gedemonstreerd, aan de kant en pakte mijn kaartspel in ontwikkeling. Met haar handen over de kaartjes bewegend keek ze me aan.”Je vertelde dat dit niet alles was. Wat is er nog meer gemaakt? Of eigenlijk… waarom is het nog niet in de wereld gebracht?” Ik keek haar aan. Hield een lulverhaal over ‘geen crowdfunding opgestart’, ‘gestagneerde processen’ en ‘ik wil het te groots maken’. Ik voelde hoe mijn antwoorden steeds verder afgleden van de werkelijkheid. En tegelijkertijd kon ik haar het antwoord niet geven.

“Xandra, ik hoor je zeggen dat je materialen ontwikkeld die je zélf nodig hebt gehad in je leven. Allemaal dingen die er nog niet waren en wel waardevol waren geweest. Dát is toch een reden dan om te doen wat je brengt in de wereld?” Mijn hart zakte in mijn keel. Ja. Nee. Fuck. Ik weet het niet. Ik haalde flink adem, gruwelde van het feit dat mijn kwetsbaarheid nog altijd zo ongelofelijk zichtbaar is en schudde mijn hoofd. “Nee, dat is niet wat ik wil. Eigenlijk vind ik dat we gewoon in een samenleving moeten leven waarin dat wat ik doe niet eens nodig is.” En om haar vervolgvraag voor te zijn gooide ik erachteraan “en ik wil ook niet op het podium om díé boodschap uit te dragen. Ik wil niet de kartrekker zijn naar een meer kwetsbare samenleving. Dat is niet waartoe ik besta.”

Ik voelde me een bokkig kind. Die podiumplek voelde net zo ongemakkelijk als het vooraf kiezen waar ik de rest van mijn leven passievol een beroep van zou kunnen maken. En toch wist ik dat mensen wel naar me toekwamen omdat ze het podium zagen dat ik betrad. Dat ze in mij een voorbeeld vonden. Dat ze van me wilden leren omdat ik zaken ánders dan anders deed. Het gesprek liep vervolgens snel ten einde. Veel meer was er ook niet te zeggen.

Totdat het kwartje viel!

Mijn collega pakte haar spullen in en nadat ik even met haar mee naar buiten was gelopen viel mijn oog ineens op het whiteboard in mijn ruimte. Er stond met grote letters op geschreven ‘Kern – gevolgen’. En terwijl ik het las voelde ik hoe er in mijn hoofd iets klikte met betrekking tot de materialen die ik wilde gaan ontwikkelen. Snel liep ik naar de printer, trok er enkele A4-tjes uit en begon te tekenen. De kérn, dáár ging mijn werk over! De intense kern van ons mens zijn. Uiteengeplozen is het een veelheid aan zaken uiteenlopend van positieve emoties, sterke sensaties en een brede fantasie, tot leergierigheid, veranderdrift en sterk waardengedreven leven. Dáár wilde ik producten voor maken. Voor mensen gaan spelen vanuit de kern van hun sensitieve intense ‘mens-zijn’.

Ik keek op tafel voor me. Een boek in wording vol onderwijsverhalen. Een coachinterventie welke de uitdagingen in zelfkennis, zelfcompassie en zelfzorg duidelijk maakt. Een spel om je kwetsbaarheid te trainen. Al die dingen waren mooi. Zijn goed. Hard nodig wellicht ook. Maar het heeft pas écht zin om al deze producten aan te bieden wanneer je ze in kunt zetten om jezelf verder te trainen de persoon te worden wie je wilt zijn. Om de wereld te veranderen op de manier die volgens jou meer liefde, hoop en zorgeloosheid brengt en je daarvoor je lefspieren wilt trainen. 

Persoonlijke groei kan pas als je méér wilt van hetgeen je wellicht liever kwijt wilt

Dat was wat ik voelde op dat moment. Het besef dat als er geen acceptatie plaatsvindt van jouw ‘zijn’, als er niet gevoeld wordt dat dat meer dan oké is, je waardevol bent… dan zouden al die materialen zinloos zijn. Het ontwikkelde emotiemateriaal zou gebruikt worden om ‘lastige gevoelens kwijt te raken’ en niet om jezelf te versterken, wetende dat je die kracht nodig zou hebben voor je missie in de wereld. Een inzichtsgevend middel zou enkel een teken zijn van ‘nog niet goed genoeg’ in plaats van ‘dus dáár kan ik aan werken om nog sterker te staan en voor mijn missie te gaan’. De materialen zouden -vanuit een niet speelse mindset- volstrekt waardeloos zijn!

Dus ik mag terug naar de tekentafel. Of mijn bed 😉 Whatever me gaat helpen om een antwoord te vinden. Niet langer een antwoord op de vraag ‘hoe maak ik duidelijk waar ik voor sta’, maar een antwoord op de vragen ‘hoe maak ik duidelijk dat intensiteit gaaf is? Dat intens leven een gift is en dat intense betrokkenheid bij het leven zelf een revolutie teweeg kan brengen?’ Het Lef om te Stralen heb ik al. Nu de materialen ervoor nog maken… Ik denk dat ik mezelf maar eens een paar jaar daarvoor gun ;