Stress is iets wat we allemaal weleens ervaren. Het kan zowel positief als negatief zijn en kan ons helpen om prestaties te leveren, maar kan ons ook verlammen. In onze maatschappij wordt er vaak gekeken naar hoe we stress kunnen verminderen of voorkomen. Stress komt hierbij voor uit het idee van dualiteit, waarbij er een scheiding is tussen onszelf en de wereld om ons heen. Als we ons identificeren met onze gedachten, gevoelens en overtuigingen, dan kunnen we ons ook gestrest voelen als die gedachten, gevoelens en overtuigingen niet overeenkomen met onze verwachtingen. Maar als we ons realiseren dat we niet onze gedachten en gevoelens zijn, dat we een onderdeel zijn van alles om ons heen, dan kunnen we stress anders benaderen. Stress wordt dan gezien als een natuurlijk onderdeel van het leven. Het is een signaal dat er iets gebeurt wat onze aandacht nodig heeft. In plaats van te proberen stress te vermijden of te verminderen, kunnen we ons richten op hoe we ermee omgaan. We kunnen leren om stress te omarmen en te zien als een kans om te groeien en te leren.
Lees hier mijn blog;
Met een klap gooide ik de autodeur dicht en sloeg het lange hengsel van mijn tas over mijn schouder. Zoals gewoonlijk kwam ik relatief laat binnen, aan het einde van de tijd dat ‘de koffie klaar stond’. Ik keek onrustig op mijn horloge, alsof ik mezelf ervan wilde overtuigen dat ik ‘toch echt wel net op tijd was’. Terwijl ik mijn peuk uittrapte en het oude gebouw binnenliep, zag ik in 1 oogopslag dat de ontvangst bij de bar was. Een onhoorbare zucht ontsnapt me. Hoe de ochtend ook gaat zijn… de cappucino is alvast gegarandeerd straks tijdens de pauze. Voor als ik toe zou zijn aan wat lekkers.
De jongen achter de bar wijst aan mijn rechterkant een gang aan. ‘Je komt voor de opleiding, toch?’ vraagt hij. Ik knik. ‘De gang in en dan de trap op. Dan vind je het vanzelf.’ vervolgt hij. Hij lacht er breed bij. Ik glimlach terug en draai me naar de plek die hij aanwees. Terwijl ik door de gang loop, merk ik op dat het ruikt naar een oud gebouw. De verf op de muren is wat gelig en de schilderijen door een amateur gemaakt. Op de trap zie ik dat de verf afgebladderd is. Ik vind er wat van..
Halverwege de trap hoor ik de muziek al naar me toe rollen. Ik klim langzaam verder omhoog. Met mijn tas losjes over mijn schouder neem ik de mensen die ik zie langzaam in me op. Een eerste ongemakkelijke kriebel overvalt me. Zijn er spannende oefeningen die we vandaag gaan doen? Wat gaan deze mensen van me vinden? En drinken ze nu echt eikeltjeskoffie en kruidenthee? Oh nee…. als ik ergens een hekel aan heb is het dat wel. Die smaak is vreselijk… Het is maar goed dat er beneden echte koffie is. Zou ik het durven om nu nog om te draaien en daar een kop te bestellen? Ik heb nog 3 minuten voordat we beginnen, toch? Durf ik nog te gaan?
De vragen buitelden die dag over elkaar heen. En ze bleven buitelen. Het was ergens in de jaren rondom het millennium, dat ik als begin twintiger mijn eerste stappen op het pad van zelfbewustzijn zette. Opleidingen waarvan een man van een jaar of 55 tegen me zei: ‘wat een geluk dat jij dit op jouw leeftijd allemaal al mag leren!’ en ik nu pas begrijp wat Brené Brown bedoelde toen ze zei dat ‘zelfkennis opdoen zonder dat je aardig voor jezelf kunt zijn, je alleen maar dieper in de zelfveroordeling brengt’. Als pas ontdekt HSP’er had ik na het lezen van het eerste boek van Elaine Aron besloten dat ik ‘goed was met mensen’ en dat ik best anderen kon helpen zich beter te gaan voelen. Ik had geen enkel idee dat het enige dat destijds losjes aan me was mijn tas was, die aan mijn schouder bungelde.
Een terugblik
Vandaag kijk ik terug op de persoon die ik toen was en wenste dat zij destijds al op de hoogte was van alle krachtige onderzoek naar sociale emoties, groeimindset en positieve psychologie. Ik zou willen dat ik haar de vele redenen kon vertellen waarom het benutten van de kracht van deze gerelateerde concepten haar zouden helpen niet alleen voorbij een teleurstellende ervaring te komen, maar ook om tegenslagen te leren zien als kansen om sterker te worden, dan als onveranderlijk oordeel over haar talenten en toekomstperspectieven. Ik zou haar een nonduale kijk op stress gunnen, waarbij ze het kan zien als een natuurlijk onderdeel van het leven. En compassievol naar zichzelf kan kijken.
Ik zou haar vertellen dat cijfers op school geen indicatie zijn van hoe ze zou presteren op haar werk, dat hoogsensitiviteit een eigenschap is om rekening mee te houden maar dat dit niet maakte dat ze ‘minder was’, ‘niet zo sterk kon communiceren’ of ‘niet voor zichzelf op kon komen’. Ik zou zeggen dat ze een heel leven had om te leren en te groeien en de persoon te worden die ze zelf het liefste de hele dag om zich heen wilde zien. Dat ze dingen mocht doen, die niet alleen de mensen om haar heen zou plezieren, maar voor zichzelf mocht gaan ontdekken wat haar geluk en carrière-tevredenheid zou brengen als gevolg.
Hoewel ik niet de gelegenheid heb om mijn eigen ervaringen opnieuw te beleven, voel ik me tegenwoordig zoveel anders dan ik me ooit gevoeld heb, dat ik zou willen dat ik destijds had begrepen dat het überhaupt mogelijk was. Niet dat de gedachten die in me opkomen anders zijn. Of dat ik geen enkel onzeker gevoel meer heb. Maar de gedachten zijn milder. Zowel naar mezelf als mijn omgeving. En de gevoelens zijn minder overheersend en bepalen niet langer mijn gedrag.
Ik wilde niet langer mezelf uit hoeven leggen. Ik wilde niet ‘de rare’ zijn. Ik wilde niet ‘lastig’, ‘moeilijk’, ‘aanstellerig’ of ‘emotioneel’ gevonden worden. Het was daar waar ik mijn authenticiteit verloor. Dus toen deze man tijdens mijn opleiding zei dat het ‘fantastisch was dat ik zo jong al deze opleiding mocht doen’, kon hij onmogelijk weten dat ik helemaal niet in staat was om het geleerde écht te integreren. Ik leerde coachmodellen en diverse strategieën. Ik ontdekte dat ik anderen prima kon begeleiden en ook kon vertellen wat zij nodig hadden. Ik poetste mijn eigen buitenkant goud glimmend op. Maar vanbinnen was ik nog een grote bruine modderpoel.
Authenticiteit, destijds al een modewoord, ging voor mij over ‘een baan kiezen die écht bij je past’ ondanks wat anderen tegen je zeggen. Het ging over de kleding die je aanhad en of je een vreemde haardos durfde nemen, ondanks wat iedereen er over zei. Het zou nog jaren duren voordat ik doorhad dat mezelf zijn bij mij dus inclusief mijn kritische blik, twijfel, perfectionisme en gevoeligheid was. Want dat was de fuik waar ik door de op zelfverbetering gerichte opleiding in terecht kwam. In plaats van gaan genieten van het leven deed ik steeds meer mijn best om een betere versie van mezelf te worden in de ogen van anderen. En om mislukking tegen te gaan door mijn zorgelijke vragen binnen te houden of zeer goed voor te bereiden.
Totdat ik zag hoe het werkelijk zat.
Een nonduale kijk op stress begint voor mij bij het besef dat alles met elkaar verbonden is. Wanneer ik weer voel dat er een ‘ik’ en een ‘jij’ is in plaats van een ‘wij’ dan ervaar ik stress. Als ik me identificeer met mijn gedachten, gevoelens en overtuigingen, gebeurd hetzelfde. Ik kan ik me dan gestrest voelen als die niet overeenkomen met mijn verwachtingen. Maar als ik me realiseer dat ik niet mijn gedachten en gevoelens ben, dat ik een onderdeel ben van alles om mij heen, kan ik stress anders benaderen.Het is dan een signaal dat er iets gebeurt wat mijn aandacht nodig heeft. In plaats van te proberen stress te vermijden of te verminderen, kan ik me richten op hoe ik ermee omga. Ik kan leren om stress te omarmen en te zien als een kans om te groeien en te leren.
Een groeimindset op stress begint voor mij bij het erkennen van mijn eigen veerkracht. Ik heb het vermogen om te herstellen van stress en om te leren van de ervaring. Door me te richten op wat ik kan leren van de stressvolle situatie, kan ik mijn perspectief veranderen. In plaats van te kijken naar stress als iets dat mij overkomt, kan ik me richten op wat ik kan doen om te groeien en me aan te passen aan de situatie.
Een nonduale kijk op stress nodigt mij uit om me bewust te zijn van mijn eigen innerlijke staat. Ik kan me bewust worden van mijn gedachten en gevoelens zonder me ermee te identificeren. Ik kan mijn aandacht richten op mijn lichaam en mijn ademhaling om me te helpen ontspannen en te kalmeren. En ik kan me richten op hoe ik kan bijdragen aan het welzijn van anderen en van de wereld om me heen.
Een nonduale kijk op stress biedt voor mij een ander perspectief op een veelvoorkomende ervaring in mijn leven. Het nodigt me uit om me bewust te zijn van mijn eigen veerkracht en mijn vermogen om te groeien en te leren van stressvolle situaties. In plaats van stress te vermijden of te verminderen, kan ik het omarmen als een kans om te groeien en me aan te passen aan de situatie. Door me te richten op wat ik kan doen om bij te dragen aan het welzijn van anderen en van de wereld om me heen, kan ik me verbonden voelen met alles om me heen en mijn leven meer betekenisvol maken.
Hoe verder?
Wellicht vraag je je nu af hoe dat dan werkt in de praktijk? Heb je nu geen behoefte meer aan cappuccino Xandra? Nee. Zo werkt dat niet. Laatst volgde ik weer een trainingsdag. Nog altijd kwam ik net voor aanvang binnen. Maar ik keek niet op mijn horloge. Als het inderdaad zo was, dan was dat maar zo. De vrouw achter de balie van het congrescentrum wees me de dubbele deuren waar ik naar binnen mocht en terwijl ik er heen liep nam ik de omgeving en aankleding in me op. Terwijl ik mijn hand op de deur legde om hem open te gaan duwen, hoorde ik de muziek aan de andere kant. Ik was benieuwd naar de mensen daar. En ik had zin in de training.
Terwijl ik binnenstapte zag ik nog rechts in mijn ooghoeken de bar waar ik straks cappuccino kon bestellen. Het was er rustig. Net zoals het nu voelde in mijn hoofd en lijf…..