“Xandra, in het écht heeft ie ook een witte boxershort met rode hartjes!” Met rode konen stond Saskia voor me en keek me afwachten aan. Die opmerking van mijn vriendin maakte dat ik heel hard ging lachen én me verwonderd afvroeg wat er eigenlijk gebeurd was. Het was op een dinsdag. Drie dagen nadat ik haar in een nachtelijke opwelling tijdens een sleep-over een ter plekke verzonnen verhaal vertelt had waarin een jongen uit de klas haar zogenaamd redde uit een spannende situatie. Een jongen die ze eerder nog nooit een blik waardig had gegund….

Omdat het best een spannend verhaal is zal ik met je delen hoe het ongeveer ging; Saskia en ik waren ongelooflijk opgewonden over onze tienertoer door Europa. We hadden onze rugzakken volgestouwd met kleding, snacks en een kaart van het land, klaar om ons avontuur te beginnen. Onze ouders hadden ons een week de vrijheid gegeven om Europa te verkennen met de trein, en we hadden een route uitgestippeld die ons langs de mooiste steden en bezienswaardigheden zou leiden.

Op de tweede dag van onze reis kwamen we aan in een schilderachtig stadje, omringd door groene heuvels en een glinsterende rivier. We hadden vooraf een hotel geboekt waar we zouden overnachten. Het was een oud, statig gebouw met krakende vloeren en een beetje een muffe geur. Nadat we onze spullen in onze kamer hadden gezet, besloten we het stadje te verkennen. We struinden langs de winkels, aten heerlijke lokale gerechten en genoten van de warme zon op onze huid. Toen de avond viel, keerden we terug naar ons hotel en maakten we ons klaar om te gaan slapen. Die nacht gebeurde het. We hoorden voetstappen op de gang en vreemde geluiden bij onze deur. Saskia en ik keken elkaar angstig aan, ons hart bonzend in onze keel. De deurklink bewoog en we zagen de deur langzaam opengaan. Een paar griezelige mannen stonden in de deuropening en keken ons met een sinistere grijns aan.

Net toen we dachten dat we geen kant op konden, hoorden we een stem vanuit de gang: “Hé, laat die meiden met rust!” Het was Jasper, de jongen uit onze klas, die toevallig ook in het hotel verbleef. Ik had hem toegevoegd aan mijn verhaal om het een grappige wending te geven. Jasper – in het dagelijks leven een slungelachtige puber met jeugdpuisjes en plakhaar – had de mannen opgemerkt en kwam ons te hulp. Met zijn moedige optreden wist Jasper de griezelige mannen af te schrikken. Ze dropen af, mompelend dat ze ons met rust zouden laten. Jasper sloot de deur achter hen en vroeg ons of we oké waren. We knikten dankbaar terwijl we tegelijkertijd zagen dat zijn pyamabroek was afgezakt en een witte boxershort met rode hartjes had onthuld. Het was bijna schattig dat een jongen met een hartjesonderbroek een aantal volwassen mannen had weten af te schrikken en Saskia en ik gaven er elkaar een stiekeme knipoog om. We praatten nog even en sliepen in het verhaal die nacht rustig, wetende dat Jasper in de buurt was om ons te beschermen.

In het echt kletsten we nog even door, aten te veel chips, dronken te veel cola en sliepen veel te weinig. Maar hadden wel de nacht van ons leven. Een paar dagen later, op dinsdag, waren we op school en hadden we gymles gehad. En daar gebeurde het: Saskia liep over de gang toen één van de jongens die al klaar was met omkleden naar buiten kwam. Haar hoofd draaide zich automatisch om en zo ving ze een glimp op van wat zich daarbinnen in de – normaliter gesloten – jongenskleedkamer afspeelde. Jasper stond daar in het midden van die ruimte in zijn boxershort; en die was wit met rode hartjes!

Saskia rende naar me toe, vertelde het hele gebeuren en we gierden het uit van het lachen. Voor mij was het daarmee klaar. Maar voor Saskia niet, zo bleek later. Want een paar weken later vertelde ze me dat het beeld van Jasper telkens in haar hoofd bleef hangen. Sinds dat moment van de witte boxershort met hartjes vond ze hem zo stoer, zo dapper en zo leuk. Ze vertelde het me met rode konen.

En hoewel het nooit iets is geworden tussen die twee, deed dit voorval me heel wat. Een jaar of veertien was ik namelijk toen ik hierdoor ontdekte dat ik met verhalen ervoor kon zorgen dat iemand een jongen in de klas – die ze eerder helemaal niks vond- ineens leuk ging vinden. Ik was ineens een puber die een flits van inzicht kreeg in hoe onze gedachten onze werkelijkheid creëren. Die ontdekking plantte een zaadje in mijn hart. Want het maakte dat ik geloof dat wat er ook in real life gebeurd of hoe we ook naar ‘de werkelijkheid keken’ er altijd ruimte is voor verandering, groei en nieuwe perspectieven. Dus, de volgende keer dat je merkt dat je vastzit in een bepaalde gedachte of gevoel, herinner jezelf dan aan een witte onderbroek met rode hartjes en sta open voor een onverwachte en mooie wending in je leven!