Maandagavond kwart over 8 ‘savonds. Ik zit in een geanimeerd gesprek en ben bijna bij de clue van mijn verhaal beland. Een deelneemster komt de ruimte binnen waar wij als begeleiders ons verzameld hebben zodat ze ons weten te vinden bij eventuele vragen. ‘Xandra, zou jij even mee kunnen komen? We zitten vast en komen er niet uit’. Ik slik de laatste woorden van mijn verhaal in -die nutteloos is geworden in het kader van deze vraag- schuif mijn stoel naar achter en loop naar haar toe. Terwijl we naar de plek lopen waar ze deze sessie zaten kom ik erachter dat zij degene is die bevraagd werd op haar ‘voorwaarden om zich gelukkig te voelen’. Ik ken Sasha uit de eerste bijeenkomst toen ze geregeld last had van lichamelijke vermoeidheid door een chronische ziekte en momenten nam om even te gaan liggen en nieuwe energie op te doen.

Ik nam plaats achter degene die op dat moment haar coach was en las mee op het blad dat ze voor zich had hoever ze al gekomen waren. Bij het aangeven van de belangrijkste waarden welke nagestreefd werden zag ik ‘verbinding’ staan. Een woord wat voor mij erg herkenbaar is en ik weet hoe het kan voelen om niet in verbinding te zijn en hoe kwetsbaar je je soms op moet stellen om je te durven of te kunnen verbinden met anderen. Het aandurven van dit bijna fysieke proces is niet voor iedereen even makkelijk en vaak stellen we ‘voorwaarden’ aan het contact met de ander hoe deze zich dient te gedragen zodat wij ons ‘open’ durven stellen en kwetsbaar genoeg durven zijn zodat verbinding mogelijk wordt.

Op het blad stond een lange zin. Misschien wel een zin van twee regels, ik weet het niet meer precies. Eerlijk gezegd weet ik niet eens meer of ik de gehele zin gelezen heb. Ik zag het woordje ‘lijf’. Benoemde het en vroeg waarom dit was opgeschreven. Sasha’s coach kon het direct benoemen. Energiek vertelde ze dat het zo opvallend vaak naar boven kwam. Alsof haar lijf belangrijk was. Maar wat dat te maken had met hoe andere personen zich ten opzichte van haar zouden moeten gedragen was voor Sasha en haar coach nog een raadsel. Ik keek haar aan en vroeg haar vanuit de 3e persoon naar zichzelf te kijken; ‘wat heeft jouw lijf nodig om zich verbonden te kunnen voelen’? Sasha keek ons aan. “veiligheid’ kwam er direct naar boven. ‘Prima’, gaf ik terug. En hoe kun jij of een ander daarvoor zorgen? Wat is ervoor nodig?’ Als vanzelf kwamen de antwoorden, bijna als een spraakwaterval uit haar mond. Beide dames keken me daarna verwonderd aan, verwonderd en verbaasd hoe het loskoppelen van een stukje identiteit zo ongelofelijk veel kan doen. Binnen 3 minuten stonden er minimaal 20 antwoorden onder elkaar geschreven, haar coach had het amper bij kunnen houden.

Ik glimlachte en wist dat ik verder overbodig was. Dit gedeelte van ‘de theorie’ zouden ze pas in en later stadium van de opleiding krijgen, zij waren er gewoon net wat eerder aan toe geweest. Met een knikje nam ik afscheid en liep langzaam terug genietend van een mooi moment waarvan ik getuige mocht zijn. Twee dagen later ontving ik een bericht van Sasha. Ze had het gestuurd naar mij en haar ‘maandagavond’- coach. “Dank jullie wel voor de coaching van maandagavond. Het heeft me ergens gebracht waar ik niet zo heel vaak kom…. namelijk bij mezelf”. Ik las deze eerste twee zinnen, zette mijn zojuist gepakte kop koffie aan de kant en ging goed zitten om Sasha’s bericht verder te lezen:

“Het begon heel hard te regenen en ik voelde een enorme drang om naar buiten te gaan en in de regen te lopen. Normaal zou ik dit nooit doen maar ik besloot eraan toe te geven en met gemakkelijke kleding aan ging ik naar buiten. Ik liep naar de vestingwallen vlak bij ons huis en klom er bovenop. Ik genoot van de regen en het voelde alsof deze mij schoon waste. Alsof ik werd gereinigd van alles. Ik heb stilletjes gehuild, hard gehuild, hardop gelachen en soms alles tegelijk. Alsof het niet genoeg water was ben ik in alle plassen gaan schoppen en stampen zodat mijn voeten nat werden. Maar ook dat was niet genoeg en ik werd enorm aangetrokken door een strandje dat iets verderop ligt.

Er ging van alles door me heen: Het is belachelijk om nu te gaan zwemmen. Ik ga alleen met mijn voeten in het water. Ik heb geen zwemkleding bij me, Wat zullen de mensen wel niet denken… En ga zo maar door. Ondanks al deze gedachten, het feit dat er mensen in mijn buurt waren én in de wetenschap dat de sportschool uitkijkt op dat strandje, kon ik maar één ding doen en dat was er toch in gaan.In mijn ondergoed heb ik gezwommen en het was het meest bevrijdende wat ik ooit heb gedaan. Het was alsof ik mezelf doopte. Of eigenlijk herdoopte (al ben ik überhaupt nooit gedoopt). Ik heb heerlijk in het water gelegen, een stukje gezwommen, gekeken naar de regendruppels die in het water vielen en vooral genoten. Daarna heb ik mijn kleding weer aangedaan, een schelpje als aandenken meegenomen en ben ik in mijn kleddernatte kleding dwars door het centrum weer terug naar huis gelopen met een enorme lach op mijn gezicht.”

En alsof deze unieke, bijzondere ervaring nog niet genoeg was schreef ze eronder: Dank jullie wel voor het feit dat ik mezelf – nadat jullie het proces maandag in gang hebben gezet- zo’n prachtig cadeau heb kunnen geven.

Mijn ogen werden vochtig. Ik wist wat dit voor haar betekende. Tussen neus en lippen door had ze maandagavond laten weten dat haar behoefte aan lijfelijke veiligheid te maken had met misbruik in haar jeugd. Een negatieve ervaring die haar behoefte aan bescherming zo groot had gemaakt dat ze nu niet meer in staat was om ‘verbinding te ervaren met zichzelf, haar lijf en daardoor met anderen.

Ik wist toen ze het benoemde dat we niet ‘in het verleden hoefden te duiken’. Haar spraakwaterval die volgde toen de vraag gesteld was zei genoeg. Dit zou een proces in gang gaan zetten. Daarop kon ik vertrouwen. En dat dit inderdaad zo was bleek toen ik – deze blog schrijvend-  een aanvulling van haar ontving.

“Terwijl ik terug liep door de stad had ik heel sterk een gevoel van het is niet zielig voor de kleine Sasha wat er gebeurd is (los van het feit natuurlijk dat zulke kleine meisjes eigenlijk niet zo beschadigd horen te worden) het is ‘zielig’ dat ze er al die tijd niets aan heeft willen doen en alles heeft vast gehouden. Ik zag een heleboel (lees honderden) naaktslakken tijdens het wandelen en realiseerde me dat ik van een naaktslak een huisjesslak ben geworden. Naaktslakken komen naar buiten als de omstandigheden er naar zijn (regen) en zorgen dus heel goed voor zichzelf. Ze zijn kwetsbaar zonder huisje, maar kunnen ontzettend goed voor zichzelf zorgen. Ik heb mezelf een huisje gegeven ter bescherming, maar heb dat huisje steeds groter en groter gemaakt waardoor het me eigenlijk in de weg zat en belemmerde in heel veel dingen. Het huisje heeft me heel goed geholpen en heeft haar uiterste best gedaan, maar het is nu klaar. Het huisje kan eraf. Ik kan voor mezelf zorgen. Het enige wat ik hoef te doen is te erkennen hoe ik me voel en terug in mijn lijf te duiken.”